HOOFDPRIJS
Bij de loterij won ik
wat iedereen verloren had.
Een miljoen
niet in geld uit te drukken
stukjes hemel.
Ik gaf er ééntje aan de vrouw bij de supermarkt
die nooit een krant verkoopt.
Aan de zus van R. die na de diagnose
nog drie weken had geleefd.
Aan J. die destijds voor het leven verbitterd
uit Indië was teruggekeerd.
De ouders van F. die
zo dodelijk werd gepest.
Een familie op een overvolle boot,
verdwaald tussen Afrika en Europa.
Zo had ik alles weggegeven.
Toen belde iemand aan en zei:
‘Je hebt de hoofdprijs’.
Hij gaf me een brood.
Cannigione, 13 augustus 2014