Licht
dringt door in d’uiterste hoeken
ied’re morgen weer;
maakt je wakker, strijkt, streelt
en raakt je keer op keer;
omringt, beschermt
zolang de dag maar duurt;
verdwijnt en is nergens meer,
maar ontkomt het donker
ied’re morgen weer:
de nieuwe morgen
je gegeven keer op keer.