Magnificat (Jan Groenleer)

MAGNIFICAT

Wees gegroet blijkt licht,
ontregelend,
loopt gloeiend uit de hand.
In mij groeit de wereld op zijn kop.

Machthebbers vallen over mijn kind,
armen floreren, rijken raken blut en leeg.

Zingen moet ik, zingen dat alles anders wordt,
feestelijk anders. Het hart klopt in mijn keel.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *