Graankorrel (René van Loenen)

Graankorrel
bij Joh. 12: 20-32 / 5e zondag Veertigdagentijd

De hele wereld leek hem achterna te lopen,
een menigte op drift tot in Jeruzalem,
en al die mensen wilden wat van hem.
De eersten zijn ontnuchterd afgedropen.

Hun toekomstbeeld lag plotseling in scherven
toen hij begon te spreken van zijn dood:
hij die tot voedsel worden zal, tot levend brood,
moet eerst als korrel in de aarde sterven.

Er klinkt een stem die schijnbaar niemand kent.
Het uur, de tijd van bitterheid, breekt aan.
Het eerste woord, de hoogste naam – Ik ben

zal als het laatste woord de aarde binnengaan,
zal bij het eerste licht verrijzen als het graan,
als brood dat zich laat delen in zijn naam.